Peru is beroemd door de fascinerende restanten van de Inca-steden Cusco en Machu Picchu.
In Trujillo, de vierde stad van het land, zijn bezienswaardige herinneringen uit het koloniale verleden bewaard gebleven.
Vanuit Trujillo loopt een weg naar het oosten tegen de uitlopers van de Andes omhoog naar de hoogvlakte (2730 meter) van Cajamarca.
In deze mooie omgeving werd de laatste vorst van Peru, Atahualpa gevangen genomen. De plek waar de afgezette keizer gevangen werd gehouden en zijn geliefde zwavelhoudende warmwaterbronnen zijn nog steeds te bezichtigen.
Anders dan meestal gedacht wordt heeft het rijk van de Inca's niet lang bestaan. De eerste Inca's komen uit de buurt van het Titicacameer en verschijnen in de 12e eeuw.
Zij onderwerpen alle grote indianenstammen en voegen die toe aan hun rijk. Zij lieten kolossale tempels en onneembare vestingwerken bouwen. Men ging de woestijn aan de kust irrigeren en er werden voorraadschuren gebouwd.
Ook werd er een voor die tijd gigantisch wegennet aangelegd. Tussen de toenmalige hoofdstad Cusco en Quito ligt een 1.600 km lange geplaveide weg.
In 1527 kwamen de spanjaarden naar Peru onder leiding van de conquistador Francesco Pizarro. In 1532 storte het rijk van de Inca's ineen na een massaslachting bij Cajamarco.